Oogtherapie is
een werkwoord

X " . > # # + X X # * ? » : ? @ : " ! : - + + - ÷ + +

Vroege onderkenning, therapietrouw en goede samenwerking met jouw orthoptist zijn succesfactoren van oogtherapie.

Goed zicht ontwikkelt zich op jonge leeftijd. Vroege onderkenning in achterstand van die ontwikkeling biedt meer mogelijkheden voor patiënt en orthoptist om daarmee om te gaan.

Lui oog - vroeg onderkennen - Marijn - Henriëtte
Het verhaal van Marijn

Bij Henriëtte zitten oogaandoeningen in de familie en dus had ze er bij haar zoon Marijn extra op gelet. Maar zelf had ze niets gemerkt en ook op het consultatiebureau kwam de driejarige Marijn goed door de test. "Later bleek dat hij ons toen prachtig voor de gek gehouden heeft," vermoedt Henriëtte, "want na het onderzoek van de schoolverpleegkundige in groep 2 werd Marijn wel meteen naar de orthoptist doorgestuurd.

Waarschijnlijk liet Marijn op het consultatiebureau eerst zijn 'goede' oog testen en onthield daarbij alle plaatjes. Die noemde hij bij de test van z'n andere oog allemaal op."

"Mam, ik kan door mijn pleister heen kijken" Henriëtte

Bij onderzoek van de orthoptist bleek Marijn met zijn rechteroog het zicht te hebben van een pasgeboren baby. "Hij zag er hooguit contouren mee", schetst Henriëtte de situatie van haar, toen vijfjarige, zoon: "Hij vond het afplakken van zijn linkeroog heel vervelend. Hij zag niks, kon geen tv kijken en voelde zich buitengesloten. Maar na anderhalf uur riep hij dat hij door zijn pleister heen kon kijken. Zo snel merkte hij al een eerste resultaat" Om zijn ogen rust te geven adviseerde Linda, zijn orthoptist, om er ook een bril bij te dragen.

"De orthoptist was zelfs verbaasd" Henriëtte

"Streng zijn helpt," weet Henriëtte, "het is een samenspel. Goede resultaten en dagelijkse beloningen stimuleren therapietrouw. Marijn kreeg zelfuitgezochte pleisters met eigentijdse en stoere afbeeldingen. Daarmee heeft hij heel wat motivatieposters volgeplakt." Doordat Marijn op den duur weer diepte zag merkte hij dat zijn oog beter werd. Omdat de occlusietherapie goed ging, verkreeg Marijn, door zijn rechte oogstand ook weer zijn dieptezien. “Daar was ik wel verbaasd over. Dit was niet de reden waarom we zijn begonnen met de occlusie, maar dit kan met uitzonderingen wel zulke functionele verbetering geven. Het verschil in gezichtsvermogen tussen beide ogen was ontzettend groot. En dit werd pas relatief laat ontdekt." Linda stelde tijdens de behandelafspraken vast dat na tweeëneenhalf jaar het zicht in het luie oog van Marijn voorspoedig was ontwikkeld tot wel 90 - 95%.

"Marijn heeft veel aan zijn therapietrouw te danken" Henriëtte

Linda constateerde dat Marijn met zowel zijn rechter als zijn linkeroog zo goed kon zien dat hij met de occlusietherapie kon stoppen. Jammer genoeg bleek bij de eerste controle daarna het zicht van Marijn teruggezakt. Waardoor hij opnieuw een aantal uurtjes per dag moest gaan plakken. Doordat Marijn zich altijd voorbeeldig aan zijn therapie heeft gehouden ziet het er een half jaar later naar uit dat hij voorgoed met de pleisters kan stoppen.

"Hij heeft ons prachtig voor de gek gehouden"

Henriëtte